Help! Het slapen van mijn 4 maanden oude baby lijkt ontregeld
“Het slapen ging eigenlijk best goed, maar ineens was het mis. Mijn baby is vaker wakker en doet steeds korte slaapjes. Heb je tips voor ons?”.
Ja die heb ik zeker! Maar voordat ik alle tips deel zal ik eerst wat vertellen over wat er gaande is.
Je hebt vast al eens gehoord van de term ‘slaapregressie’. Wat hier vaak mee bedoeld wordt is dat het slapen van je kindje plots overhoop ligt. Ik vind slaapregressie een nogal negatieve benaming voor iets wat eigenlijk heel positief is: een mooie stap in de ontwikkeling! Een betere benaming zou bijvoorbeeld slaapmaturatie of slaapprogressie zijn.
Maar wat gebeurt er dan precies rond die 4 maanden?
Rond de 4 maanden verandert het slaapritme van je kleintje behoorlijk. Er is veel gaande in het brein van je kindje. Van een newborn slaappatroon ontwikkelt het zich naar een meer volwassen slaappatroon. De slaapstadia in de slaapcycli worden anders ingedeeld en dat kan tijdelijk even wat onrustig slaapgedrag veroorzaken. En er gebeurt meer rond de 4 maanden: een baby wordt alerter, geniet meer van sociaal contact, gaat de wereld ontdekken, leert omrollen en dat alles kan ook van invloed zijn op het slapen.
Wat is normale slaap rond de 4 maanden?
Rond de vier maanden gebeurt er dus een hoop, wat je zoal kunt gaan zien:
- kortere slaapjes,
- soms wordt het slaapje helemaal geweigerd,
- vaker wakker worden zowel overdag als ‘s nachts,
- (meer) moeite met zelfstandig in slaap vallen,
- onrustiger slapen, bijv. ook doordat baby gaat oefenen met omrollen.
Een slaapregressie kan zo ongeveer 6 weken duren, waarbij je toewerkt naar een piek en het daarna alweer wat beter wordt. Vaak zie je dat je kleintje na deze storm van ontwikkeling beter de slaapcyclussen kan koppelen, waardoor de slaapjes steeds vaker langer dan 45 minuten kunnen gaan duren.
Hoe komen we samen deze fase goed door?
In onrustige fases heeft je kindje misschien wat meer hulp nodig en dat is helemaal prima. Wees daar niet te terughoudend in. Vaak zie ik dat ouders het spannend vinden, omdat ze bang zijn dat een kindje afhankelijk wordt van de geboden hulp. Dit valt in de praktijk vaak wel mee, maar je kunt bijvoorbeeld wel kijken naar de wijze waarop je hulp biedt. Als je weet dat je kindje vaak goed slaapt in de wandelwagen is dat een minder afhankelijke optie dan slapen bij jou op de arm. In ieder geval is het nu belangrijker dát je kindje slaapt, dan dat hij of zij dat zelfstandig doet. Als jullie straks in rustiger vaarwater komen komt vanzelf weer de tijd om daaraan te gaan werken. Mocht er toch een afhankelijke slaapassociatie ingeslopen zijn, kun je deze later gewoon weer afbouwen.
Wat je verder nog kunt doen:
- Laat je kindje slapen in een donkere kamer met een koele temperatuur (16-20 graden).
- Gebruik het bedtijdritueel zoals je dat altijd doet.
- Laat je baby niet huilen. Een beetje jengelen mag best, maar als je kleintje echt overstuur is nemen de stresshormonen in het lijfje toe en dat maakt het slapen moeilijker.
- Overweeg het gebruik van witte ruis. Hier bestaan ook speciale apparaatjes voor.
- Ondersteun het slaapritme van je kleintje door de wakkertijden als houvast te gebruiken. Doet je baby hazenslaapjes? Dan kort je de wakkertijd iets in (+/- 15 min) en probeer je het tijdens het volgende slaapje weer opnieuw.
- Houd de verwachtingen laag naar je kindje. Geen grote doelen stellen, maar zie alle momenten dat je kindje slaapt als positief.
- Zorg goed voor jezelf en stem (waar mogelijk) af met je partner wat jullie zelf nodig hebben om een pittige fase goed door te komen.
- En last but not least: heb vertrouwen, het komt goed!
Hopelijk heb je iets aan deze post gehad en geeft het je vertrouwen om pittigere fases goed door te komen. Heb je vragen? Stuur mij dan even een berichtje! Ik beantwoord ze graag.
Veel liefs,
Mariëlle